De kracht van tranen

Onze jongste kreeg klachten die heftiger werden bij de toename van stress. Kwam het door de stress of was er meer aan de hand? Omdat eten steeds minder goed lukte kwamen we terecht in het medische circuit, dat naast onderzoek vooral bestond uit wachten… Er werden slikfoto’s gemaakt en daaruit bleek dat de passage snelheid door de slokdarm niet goed was. Het eten bleef letterlijk hangen. We werden doorgestuurd naar de MDL-kinderarts in Zwolle. Ondertussen rees bij mij al een vermoeden wat dit wel eens zou kunnen zijn en daar werd ik niet vrolijk van. We maakten een afspraak bij de osteopaat die mij al zoveel verder geholpen had en wonder boven wonder ging het eten na die behandeling zoveel beter, dat het gewoon een feestje was als de jongste zijn bord weer grotendeels leeg at!

In Zwolle werd mijn vermoeden deels bevestigd omdat de kinderarts hetzelfde vermoeden had: Achalasie. We werden doorverwezen naar Amsterdam waar een specialistisch team zit voor deze zeldzame (auto-immuun) ziekte. En toen ging het ineens snel. Binnen drie dagen konden we in het UMC terecht voor een slokdarm-drukmeting. Onze zoon was relaxed voorafgaand aan het onderzoek. Zodra we de behandelruimte binnen gingen kwam er een stille traan en kwam hij een knuffel halen. Tijdens het onderzoek ademt hij rustig in door zijn neus, uit door zijn mond omdat hij zo goed ervaren heeft wat het betekent om niet in paniek te raken als hij benauwd werd tijdens het eten….

De diagnose was zonder twijfel te stellen, de zenuwen in de slokdarm van onze jongste doen helemaal niets meer en de sluitspier aan de onderkant, die het eten door moet laten naar de maag gaat niet open bij een slikreflex. Voeding gaat alleen maar door naar de maag onder invloed van druk van boven en dus de zwaartekracht. Bij een te volle slokdarm vormt zich druk op de luchtpijp en daardoor ontstaat benauwdheid …

Nu is er dus duidelijkheid…
Op de terug weg in de auto krijgen we telefoon van het ziekenhuis. De ingreep om de sluitspier op te rekken vindt precies over twee weken plaats. Hij is ertussen geplaatst omdat hij al lang genoeg met deze klachten loopt. Niks dan goeds over het ziekenhuis, waar de behandelend arts meteen langs kwam voor een gesprek en waar we ook meteen langs de anesthesie konden omdat we van ver kwamen….

En dan komen de dagen erna. Langzaam landt de uitslag en dan komen bij mij de tranen. De tranen door de zorg van de afgelopen maanden, de tranen om de uitslag, de tranen om de risico’s bij deze ziekte, de tranen om mijn zoon die ik niets liever dan geluk en onbezorgdheid gun, de tranen om alle onrust van de jaren die achter ons liggen en de tranen omdat we zo hoopten eindelijk in rustiger vaarwater terecht te komen, de tranen omdat ik zo goed weet wat het is om chronisch ziek te zijn, de tranen van vermoeidheid, de tranen van machteloosheid en onzekerheid, maar toch ook tranen van geluk omdat ik weet dat we sterk staan als gezin, de tranen omdat ik de kracht voel in ons gezin en de tranen omdat ik blij ben dat ik ooit weer leerde huilen….

Want ooit stopte ik met huilen omdat ik er commentaar op kreeg dat ik mijn tranen liet gaan. En daarmee blokkeerde ik een stuk van mijn ZIJN. Iets wat zo belangrijk voor mij was om stress van me af te laten glijden, om woede te uiten, om mijn ziel schoon te wassen, stopte ik weg… Het mocht niet meer bestaan, omdat het niet paste in de maatschappij, omdat mensen vaak niet weten hoe ze op tranen moeten reageren, omdat ik zwak of kwetsbaar en zelfs labiel werd gevonden als ik mijn tranen liet gaan.

Maar gelukkig leerde ik om weer bij mijn gevoel te komen en van hieruit kon ik tijdens het onderzoek tegen mijn zoon zeggen: ‘kom maar, huil eerst je tranen er maar uit’, zodat hij daarna weer rust kon voelen. Hij hoeft van mij niet ‘flink’ te zijn en ik hoef dat ook niet meer van mezelf. De tranen als wasmachine van mijn ziel zorgen ervoor dat ik alles toe mag laten, de onrust, de angst, de onzekerheid, de machteloosheid. Tijdens het huilen mag alles bovenkomen, mag ik alles noemen, mag ik doemdenken, mag ik boos zijn, mag ik me intens verdrietig voelen… om daarna te ontdekken dat ik mijn rust terug vind…

En daardoor kan ik weer terug naar ons motto van de afgelopen jaren: ‘het maakt niet uit wat er gebeurd of gezegd wordt, het gaat erom hoe wij ermee om gaan’. Daar gaan we ons op richten. Open staan voor mogelijkheden, in liefde samen dragen wat op ons pad komt en focussen op vertrouwen. In overgave en openheid naar alles wat daar bij komt, dus juist ook die tranen om ons steeds weer schoon te wassen van alles wat ons bezig houdt….